Artiest

Kurtis Blow

  1. Artiestenchevron right
  2. Kurtis Blow
De eerste rapper die goed verkocht is Kurtis Blow is een grote naam in de hip-hop geschiedenis. Zijn populariteit en charisma bewezen dat de rap music meer was dan een ééndags dingetje. Dat maakte de weg vrij voor de nog groteren als Grandmaster Flash en Run-D.M.C. Blow was de eerste rapper met een contact èn een album bij een grote maatschappij; de eerste met een gouden plaat: "The Breaks" in 1980; de eerste die een toernee maakte door de Verenigde Staten; en de eerste die de handelswaarde van

Grondlegger

Uit hoofde van bovenstaande was hij de eerste echt belangrijke solo rapper, en als zodanig was hij een natuurlijk orientatiepunt voor veel ambtieuze jonge MCs in de oertijd van dehip-hop. En toch met al zijn gewicht en invloed, zijn veel van Blow's platen achteraf niet zo goed. Zijn raptechniek, die best soepel was in die dagen, was eenvoudigweg niet zo volgroeid als de betere MCs die voortbouwden op zijn stijl en hem opvolgden in de hitparades. Maar op zijn allebest is Blow een voorbeeld van de charme van de 'old school': vermakelijke, stoere feestmuziek die de uitbundigheid toont van een kunstvorm die nog in wording is.

Leven en werken

Kurtis Blow werd geboren als Kurtis Walker in Harlem in 1959. Hij was betrokken bij de vroegste fases van de hip-hop cultuur in de jaren '70 Eerst was hij breakdancer, toen DJ voor straatfeesten en clubs, onder de naam Kool DJ Kurt. Toen hij ingeschreven was bij het City College van New York in 1976, werkte hij als programmaleider bij de schoolradio. Hij werd een echte Master of Ceremony: een MC met een eigen stijl en veranderde zijn naam in Kurtis Blow op suggestie van zijn manager, die later Def Jam zou oprichten: Russell Simmons. Blow trad op met legendarische DJs als Grandmaster Flash en Simmons jongere broer Joseph (die later de helft van Run-D.M.C. werd) In 1978 waren de shows van Blow in Harlem en de Bronx een underground sensatie, en Robert Ford van het Billboard benaderde Simmons over plaatopnames. Blow deed een nummer dat was meegeschreven door Ford en geldschieter J.B. Moore met de naam "Christmas Rappin'," en zo kreeg hij een contract met Mercury nadat de Sugarhill Gang met "Rapper's Delight" was opgestegen tot de R&B Top Five.

Hoogtijdagen

Blow's tweede single, "The Breaks," was an instant hit in de Top Five van de R&B charts in 1980 en werd uiteindelijk goud; dit geldt nog altijd als één van de grootste momenten van de old school rap. Ook de langspeler van Kurtis Blow kwam uit in 1980, en haalde de R&B Top Ten ondanks de verwachting dat het succes van de Sugarhill Gang een ééndagsvlieg was. Hoewel de pogingen om soul te croonen en de rocknummers geen topkwaliteit waren, was het nummer over armoede: "Hard Times" wel een eerste teken van het sociale bewustzijn in de hip-hop en werd later opnieuw gedaan door Run-D.M.C. Het was voor Blow nog moeilijk om een goed opvolger voor "The Breaks," te maken. Ondanks het feit dat hij bijna elk jaar met nieuw materiaal kwam, waren er geen grote klappers. "Deuce" in 1981 en "Tough" in 1982 verkochten matig en op de "Party Time" EP in 1983 bracht D.C. de go-go funksters E.U. in voor een stylistische opknapbeurt. Toen al was Blow zich aan het ontwikkelen tot producer, Hij werkte met een brede waaier van hip-hop end R&B artiesten; waarbij de Fat Boys opvallen, hij deed bijna al hun platen nadat hij ze aan een platenconract had geholpen. "Ego Trip" in 1984' verkocht behoorlijk, dankzij stukken als het DJ tribute "AJ Scratch," het aangenaam lichte "Basketball" en het Run-D.M.C. duet "8 Million Stories". Blow liet het volgen door een optreden in de cult hip-hop film Krush Groove, waarin hij "If I Ruled the World" deed, zijn grootste hit na "The Breaks."

Er is leven na de hits

"If I Ruled the World" bleek zijn slotaccoorrd, door de snelle evolutie van de hip-hop raakte zijn stijl hopeloos ouderwets. Niemand had oor voor "America"in 1985 en "Kingdom Blow" in 1986's kreeg een ijskoud onthaal ondanks een hitje dat er op stond: "I'm Chillin'." De critici torpedeerden zijn laatste poging om terug te komen: "Back by Popular Demand" in 1988. Met zijn allen riepen ze dat de titel ècht niet klopte. Toen hield Blow zijn platencarrière voor gezien en zocht ander manieren om de old school levend te houden. Begin jaren '90 leverde hij rap materiaal aan de TV soap opera "One Life to Live", en een paar jaar later was hij presentator van een old-school hip-hop show op radio Power 106 in Los Angeles. In 1997, maakte Rhino Records gebruik van zijn status als hip-hop eminentie en huurde hem in voor de productie, compilatie, en hoesteksten van de drie-delige serie "Kurtis Blow Presents the History of Rap". Datzelfde jaar, was hij zeer aanwezig in the rap documentaire "Rhyme and Reason". Blow's geluid wordt ook levend gehouden door jongere artiesten die hem eren: Nas deed "If I Rule the World" op "It Was Written", en Next samplede "Christmas Rappin'" voor hun tophit "Too Close".

Nummers van Kurtis Blow