Pianist Joe Sample ontdekte in 1972 de superieure kwaliteiten van zangeres Randy Crawford toen hij haar zag in het voorprogramma van George Benson. De verlegen zangeres uit Macon - in de Amerikaanse staat Georgia - had daar maar een beetje staan dralen, maar toen ze haar mond opendeed, veranderde de wereld van Sample. 'Het was zo ongelooflijk. Alsof er een engel door de zaal zweefde. Vanaf dat moment wist ik dat haar lot in mijn handen lag.' Toen zijn band The Crusaders de plaat Street Life wilde opnemen, had Sample dan ook maar één zangeres in zijn hoofd: Crawford. 'De leden van The Crusaders wisten niet wat ze hoorden toen zij voor het eerst achter de microfoon ging staan', aldus Sample. Ook in de jaren daarop bleek zijn gelijk, want Crawford werd als solist wereldberoemd door hits als One Day I'll Fly Away en haar bewerking van de Tony Joe White-song Rainy Night in Georgia. In 2007 werd het koppel herenigd en namen ze het album Feeling Good op. Datzelfde jaar won het duo de Edison Lifetime Achievement Award en in 2008 volgde de cd No Regrets.
Joe Sample
Sample leerde piano spelen vanaf zijn vijfde jaar. Hij speelde toen verschillende muzieksoorten zoals gospel, soul, bebop, blues, latin en klassieke muziek. In zijn jeugd luisterde hij veel naar Louis Armstrong. Tijdens zijn highschoolperiode maakte hij deel uit van "The Swingers", samen met twee vrienden, saxofonist Wilton Felder en drummer Nesbert "Stix" Hooper. Daarna ging hij naar de Texas Southern University, waar hij drie jaar heeft gestudeerd. Op de universiteit speelden "The Swingers" samen met het nieuwe bandlid Wayne Henderson. De band kreeg een nieuwe naam :"The Modern Jazz Sextet". De bandleden waren niet tevreden over deze nieuwe naam en daarom werd de band later "The Jazz Crusaders" genoemd. The Jazz Crusaders verhuisden van Houston, Texas naar Los Angeles, Californië. De band speelde toen vooral bebop. In 1961 maakte de groep hun eerste plaat, "Freedom Sounds".Randy Crawford
Randy Crawford werd geboren in Macon, Georgia, maar groeide op in Cincinnati, Ohio. Als kind zong ze op school en in kerkkoren. Op 15-jarige leeftijd begon ze op te treden, begeleid door haar vader. In 1972 trad ze voor het eerst op bij een concert in New York, waar ze samen optrad met George Benson. Enkele van de liedjes die ze daar ten gehore bracht, verschenen op haar debuutalbum Everything must change. Dit album verscheen alleen in de Verenigde Staten. Grotere bekendheid kreeg ze in 1979 toen ze mee mocht zingen op de titelsong van het album Street Life van The Crusaders. Haar eigen commerciële doorbraak kwam een jaar later, toen haar vierde album Now we may begin uitkwam. De ballad One day I'll fly away werd een nummer 1-hit in onder meer België, Nederland en Groot-Brittannië.