Artiest

Queen

  1. Artiestenchevron right
  2. Queen
Queen is een van de meest succesvolle rockbands uit de geschiedenis. Het Britse kwartet bereikt in Nederland met zes singles de eerste plaats: Somebody To Love, Crazy Little Thing Called Love, Under Pressure, I Want To Break Free en twee keer met Bohemian Rhapsody. In de albumlijst staat de groep elf keer bovenaan. Zanger Freddie Mercury overlijdt op 24 november 1991 aan de gevolgen van AIDS.

Biografie

Queen ontstaat uit de as van de weinig succesvolle band Smile. Drummer Roger Taylor en gitarist Brian May gaan met z'n tweeën verder en Farrokh Bulsara, die de naam Freddie Mercury aanmeet, sluit zich bij de twee aan. Een lange zoektocht naar een goede bassist volgt en in 1971 voegt John Deacon zich bij de band. Na veel kleinschalige optredens en gratis demotapes toont platenmaatschappij EMI interesse. Na het titelloze debuutalbum uit 1973 mag de band mee op tour met Mott The Hoople. Een jaar later, na de release van Queen II, moet een Amerikaanse tournee met Mott The Hoople afgebroken worden omdat Brian May is geveld door hepatitis. Zonder May gaat Queen de studio in om aan het derde album te werken.

Bohemian Rhapsody

Sheer Heart Attack verschijnt eind 1974 en levert in Nederland een dikke hit op in de vorm van Killer Queen. Ook in de VS is de plaat een succes en Queen tourt voor het eerst als hoofdact in de VS en Japan. De band moet zelfs extra concerten inlassen. Eind dat jaar verschijnt de elpee A Night At The Opera, die in meerdere landen met edelmetaal wordt bekroond. Tegen de adviezen van de platenfirma en radiomakers in, brengt Queen het vijf minuten durende Bohemian Rhapsody als single uit. Het wordt een internationale nummer 1-hit voor Queen. Het album en de single staan in januari 1976 tegelijkertijd in de top 10 van de Nederlandse verkooplijsten. In Nederland wordt de single van de koppositie verstoten door Willempie van André van Duin. You’re My Best Friend is de daaropvolgende zomer een top 10-hit.

Tweede nummer 1-hit voor Queen

In september 1976 bedankt de band zijn fans met een gratis concert in Hyde Park, dat naar schatting 150.000 tot 200.000 bezoekers trekt. Twee maanden later levert een speciale paardenrace ter promotie van het album A Day At The Races een voorverkoop van meer dan een half miljoen exemplaren op. De elpee wordt voorafgegaan door de single Somebody To Love. Wederom staan beide geluidsdragers tegelijkertijd bovenaan de Nederlandse verkooplijsten, in januari 1977. De single Tie Your Mother Down, eveneens afkomstig van A Day At The Races, bereikt dat voorjaar de top 10.

Vijftig naakte meisjes

Het volgende album, News Of The World, bevat twee stadionrockhits van jewelste: We Will Rock You en We Are The Champions. De nummers worden samen op een single geperst, al blijft het plaatje in 1977 op de tweede plek steken — achter ’t Smurfenlied van Vader Abraham. Het album zelf behaalt wel weer de eerste plek; de derde op rij. Opvolger Jazz doet het een jaar later echter minder goed, met slechts een derde plek als piekpositie. Dat terwijl er veel reuring is om de eerste single. Vijftig naakte meisjes die in het Wimbledon-stadion een fietsenrace houden, moeten de song Bicycle Race promoten. Ook het lanceringsfeestje voor het album is nog steeds berucht.

Geen synthesizers

Gedurende de jaren zeventig hanteert Queen de regel dat er geen synthesizers te horen zijn op hun platen. Dit staat ook duidelijk vermeld op de albumhoezen van Queen. Hier komt een einde aan wanneer het album The Game uitkomt in 1980. Een kentering in de muziek van Queen, al wordt de nieuwe richting die de band inslaat zeker gewaardeerd door de Nederlandse fans. Het album bereikt de eerste plek, ruim een half jaar nadat de rockabillyachtige eerste single Crazy Little Thing Called Love al de bestverkopende single van het land is. Singles Save Me en Play The Game worden eveneens top 10-noteringen. Another One Bites The Dust komt niet hoger dan nummer 11, maar is de grootste hit van Queen in de VS.

Greatest Hits

Het titelnummer van de soundtrack voor de film Flash is rond de jaarwisseling van 1981 een bescheiden hit. Queen is de eerste Europese rockband ooit die een grootschalige tournee onderneemt in Zuid-Amerika. In São Paulo spelen Freddie Mercury en consorten voor het grootste betalende publiek ooit. Gedurende twee avonden komen 251.000 Braziliaanse Queen-fans kijken. Een samenwerking met David Bowie brengt eind 1981 de hitsingle Under Pressure voort, de vierde nummer 1-hit voor Queen. De single is niet te vinden op het Greatest Hits-album, dat op 26 oktober van dat jaar in de winkelschappen ligt. De verzamelaar staat in totaal 111 weken in de Nederlandse albumlijst en is nog tot en met 1997 geregeld in het verkoopoverzicht te vinden.

Legendarisch op Live Aid

1982 staat in het teken van het album Hot Space, de zesde plaat van Queen die bovenaan de albumlijst prijkt. Deze elpee bevat de top 10-single Body Language. Het album The Works brengt in 1984 twee van de meest iconische Queen-hits voort: Radio Gaga en I Want To Break Free, de vijfde nummer 1-hit voor de groep en de laatste tijdens het leven van Freddie Mercury. Radio Gaga blijft plakken achter Love Of The Common People van Paul Young. Het optreden van Queen op Live Aid in juli 1985 wordt wereldwijd live op tv uitgezonden en bestempeld als een van de beste rockshows aller tijden. De band doet het optreden in Wembley in 1986 nog eens dunnetjes over, waarvan de hoogtepunten worden vastgelegd op het livealbum Live Magic.

Concurrentie van Peter Gabriel en Gerard Joling

Ondanks aanhoudend succes in de hitlijsten met One Vision, A Kind Of Magic, Friends Will Be Friends en Who Wants To Live Forever komt het album A Kind Of Magic in 1986 niet voorbij de tweede plek. Dit vanwege de sterke plaatverkopen van Peter Gabriels So. Met The Miracle lukt het Queen in 1989 wel weer om bovenaan de lijst te eindigen, mede dankzij de aanstekelijke single I Want It All. De rocksong staat twee weken op nummer 2; eerst achter Me, Myself & I van De La Soul en vervolgens achter No More Bolero’s van Gerard Joling. Breakthru en The Invisible Man zijn later in 1989 top 10-hits. De laatste Queen-hit uit de jaren tachtig is het titelnummer van het album.

Overlijden Freddie Mercury

Terwijl house en hiphop gestaag de hitlijsten overnemen in 1991, brengt Queen in januari van dat jaar het monumentale rockepos Innuendo uit. Het wordt een enorme hit en het gelijknamige album staat dat voorjaar vier weken op nummer 1. Op 23 november 1991 maakt Freddie Mercury wereldkundig dat hij AIDS heeft. Een dag later sterft hij. De laatste single die tijdens zijn leven verschijnt, is het bitterzoete The Show Must Go On. Na het overlijden van de zanger wordt Bohemian Rhapsody opnieuw uitgebracht. De single staat in januari 1992 twee weken op nummer 1, zestien jaar na de oorspronkelijke release. Ook de liveversies van We Are The Champions en We Will Rock You, opgenomen tijdens de Wembley-concerten uit 1986, zijn postume top 10-hits.

Groots afscheid

EMI brengt in 1992 de verzamel-cd Greatest Hits II uit, dat tien weken op nummer 1 staat — langer dan welk Queen-album dan ook. De resterende Queen-leden nemen afscheid van het publiek met een indrukwekkend optreden in een uitverkocht Wembley Stadium. Onder anderen Liza Minelli, Elton John en David Bowie nemen de zangpartijen van Mercury over. Vooral George Michael maakt veel indruk. De liveversie van Somebody To Love, met George Michael op zang, wordt in 1993 als single uitgebracht en is een grote hit. In 1995 verschijnt Made In Heaven, het laatste Queen-album met de oorspronkelijke line-up, voltooid na de dood van Mercury. De eerste single is Heaven For Everyone en bereikt in november 1995 de tweede plek, achter Gangsta’s Paradise van Coolio.

Paul Rodgers en Adam Lambert

Ter promotie van de verzamel-cd Queen Rocks in 1997 wordt er een nieuw nummer gemaakt, No-One But You (Only The Good Die Young). Het is de laatste opname met bassist John Deacon, die zich hierna terugtrekt uit het openbare leven en sindsdien nog maar sporadisch contact heeft met manager Jim Beach en de rest van de band. Brian May en Roger Taylor treden echter nog wel op onder de naam Queen. In 2005 gaan ze een samenwerking aan met Paul Rodgers, de voormalige zanger van Free en Bad Company, alsmede het idool van Freddie Mercury. Er verschijnt in 2008 een nieuw studioalbum in deze bezetting, The Cosmos Rocks. Later neemt zanger Adam Lambert het stokje over. De muziek van Queen is verder te horen in de musicalvoorstelling We Will Rock You (de Nederlandse vertaling is van Martine Bijl) en de biopic Bohemian Rhapsody.